Walter Michiels is het meer dan beu: “Ze moeten me gerust laten!”

“Het z?n rukkers daar in de rechtbank. Nietsnutten!”, sneert Walter Michiels in Dag Allemaal. “De commissaris van Kessel-Lo heeft voor de rechtbank gezegd dat ze geen probleem hebben met m?. Maar in Leuven houdt niemand daar rekening mee. En er is nog ’n reden waarom ik m? daar niet laat zien: omdat ik geen goesting heb om m? te laten trekken door een hele batter? fotografen. Hallo, ik ben geen attractie om je aan te vergapen, hé!”
Hier en door wordt gesuggereerd dat Walter een soort van dorpsgek zou zijn. “Die insinueringen zitten m? tot hier! Vandaag ben ik volledig toerekeningsvatbaar om in het dagel?ks leven rond te lopen. Fysiek is ’t wat minder, maar ’t wordt wel weer beter. Ik mag niet veel wandelen, omdat ik p?n heb aan m’n benen. Maar ik heb een goeie huisarts, een goeie verpleegkundige, een goeie therapeut...”
Tabak, drank of kleren
Toch zijn veel Vlamingen bezorgd om Walter. Ze vinden dat hij psychiatrische hulp zou moeten krijgen. “Zitten ze met m? in? Awel, ze mogen m? tabak of drank komen brengen. Of kleren. Maar psychiatrische hulp? Nee, jong. Da’s niet nodig. Ik ben zelf toppsychiater. Dat ze me gerust laten, da’s al wat ik vraag. Hier in m’n parad?sje vind ik veel rust. Daar heb ik bewust voor gekozen. Iedereen kent m? hier. De poort staat open, mensen z?n welkom, ze mogen komen k?ken hoe ik hier woon en in welke rust ik hier leef.”
Walter is naar eigen zeggen wel degelijk gelukkig. “Ik ben gelukkig geboren en zal dus alt?d gelukkig z?n. Ik ben niet materieel afhankel?k, ’k ben bl? dat ik hier conciërge mag z?n. Eenzaamheid ken ik hier niet. Want ik ken alle vogels. En toen de storm Ciara tekeerging, kwam er een eekhoorntje b? me schuilen.”
(Bron: Dag Allemaal)