Koning Albert II werd op dinsdag 27 juni met tekenen van uitdroging opgenomen in het ziekenhuis Saint-Luc in Sint-Lambrechts-Woluwe. Aanvankelijk zou hij maar twee dagen in het ziekenhuis verblijven, maar de dokters besloten hem langer te houden ter observatie.

Aan het begin van de week werd aangekondigd dat Albert "later deze week" uit het ziekenhuis zou worden ontslagen. Rond 14 uur mocht de vorst het ziekenhuis na een opname van acht dagen verlaten. Een bloedinfectie bleek Albert langer in het ziekenhuis te hebben gehouden.

Bij het verlaten van het ziekenhuis bedankte Abert, met wandelstok aan de zijde van zijn echtgenote Paola, het verzorgend personeel van het ziekenhuis. Een opvallend detail: de koning droeg zijn kenmerkende bril niet.

Royaltywatcher Wim Dehandschutter merkt op dat de vorst er bij het verlaten van het ziekenhuis "erg fragiel" uitzag. Albert is volgens het paleis in goede gezondheid en zal de komende dagen thuis rusten en herstellen.