Dat betekent dat hij bijzonder gevoelig is aan visuele prikkels en geluid. “In een restaurant moét ik de stoel hebben waar ik meteen weg kan”, zegt hij in het Belang Van Limburg. “Ik moet ook een goed zicht hebben op de hele ruimte en er mag niemand achter me door lopen, want dat verdraag ik niet.”

Uit een onderzoek dat hij bij zichzelf liet uitvoeren bleek zelfs dat nog geen twee procent van de andere testpersonen sneller op prikkels van geluid reageerden dan Helmut. “Overdreven alert, dus”, besluit hij.

“Ik ben overdreven alert voor dingen die me interesseren, dat noemen ze hyperfocus. Ik zweer het je: als het me interesseert, ga ik tot where no man has gone before. Dan wordt iedereen rondom mij zot. Maar zet mij in een ruimte met tien mensen waar ook de tv nog eens aanstaat, en dan ben ík het die zot wordt.”