In Dag Allemaal spreekt hij openhartig over zijn vader. “M’n vader en ik hebben veel ruzie gemaakt, vooral na de dood van m’n moeder, maar we houden ook heel veel van elkaar”, vertelt Gers. “Hij is wel veranderd. Papa is ook niet zo goed momenteel en ademt redelijk zwaar. Ik denk dat hij soms onbewust naar m’n moeder wil. Maar ik ben niet bang dat hij zal sterven. Ik hoop gewoon dat hij nog een mooi leven heeft.”

Gers verloor z’n moeder toen hij zeventien jaar was. Ze overleed aan kanker. “Voor zij stierf, was ik altijd heel erg bang voor de dood’, zegt hij . “Maar daarna was ik dat niet meer. Ik voelde me net heel rustig. Ik was opgelucht voor haar, omdat ze geen pijn meer had. In minder dan een jaar heb ik mijn moeder enorm zien aftakelen. En ja dat was heel heftig.”