“Nog altijd lachen ze met mij omdat ik reclame maak op mijn kleren. 'Als we hem zien, is het om reclame te maken!' Maar ze vergeten dat al die firma's mij contacteren en niet andersom, en ze vergeten ook dat er tegenwoordig al voetbalclubs zijn die aan hun spelers vragen om op dezelfde manier reclame te maken. Omdat daar geld mee te verdienen valt”, haalt Jean-Marie uit in Het Laatste Nieuws.

“Maar wie wordt uitgelachen? Ik. Ach, ik voel mij hier op zoveel vlakken onrechtvaardig behandeld. Het doet ook nog altijd pijn dat de voetbalbond mij na mijn periode bij München - waar ik nota bene de populairste voetballer was - nooit heeft gevraagd om keeperstrainer van de nationale ploeg te worden. Na zo'n geschiedenis?!” 

“Het was mijn grote droom om een voorbeeld te kunnen zijn voor zoveel kinderen die keeper willen worden. Maar de eer om het mij nog maar gewoon te vragen, hebben ze mij hier nooit gegund. Want ik ben zogezegd ne moeilijke. En ik lig te goed bij het volk.”

“Ik heb altijd veel mensen meegenomen in mijn geluk, maar ze hebben mij niet meegenomen om mij gelukkig te maken. Het voelt stilzwijgend zoals een bloem die te weinig water heeft gekregen."